Aangezien ik eind mei van plan ben om een deel van het Franse langeafstandspad Le Grande Traverse de Jura te gaan lopen, is het zaak dat ik van te voren al wat ga trainen om in ieder geval weer wat te wennen aan wat langere afstanden lopen en vooral om weer te wennen aan het lopen in bergachtig terrein.
Precies om die reden ben ik afgelopen Koningsdag en het weekend erna naar het Duitse nationaal park Eifel gegaan. De Eifel ligt vlakbij Aken op een steenworp van zowel de Belgische als Nederlandse grens.
Om de kosten laag te houden besloot ik te gaan kamperen. Vrijdagochtend in alle vroegte reis ik met een goed gevulde kofferbak naar het Duitse plaatsje Einruhr. Hier ben ik van plan mijn eerste wandeling te maken voordat ik een camping ga zoeken.
Wandeling 1: Einruhr – Wollseifen – Urftstaumauer
De eerste wandeling voert dus vanuit het plaatsje Einruhr. Na de auto geparkeerd te hebben is het even zoeken waar ik naartoe moet, maar gelukkig vind ik het paadje, dat steil omhoog loopt, snel genoeg. Ik kan gelijk goed aan de bak!
Na een kort en krachtig klimmetje arriveer ik op een soort open hoogvlakte, waar een goed karrespoor overheen loopt richting het volgende topje in de route: de Kellerberg, op 517 meter boven NAP. Dit stukje klimmen liep heel geleidelijk omhoog en was dus eigenlijk prima te doen. Na op de ’top’ te zijn aangekomen was de afdaling nog geleidelijker omlaag dan het om in eerste instantie omhoog ging, waar ik eerst nog langs het verlaten dorpje ‘Wollseifen’ kom. De bewoners van dit dorpje werden vlak na de tweede wereldoorlog door de Britten uit het dorpje weggehaald, en sindsdien is het verlaten.
Na een rondje door Wollseifen te hebben gedaan, volg ik het par verder omlaag tot ik bij een uitzichtpunt op het Urftstuwmeer aankom. Je hebt hier een prachtig uitzicht op het stuwmeer en zijn dam en het is best indrukwekkend om van bovenaf die niveauverschillen te zien.
Na de stuwdam gepasseerd te zijn wandel ik vlak langs het stuwmeer weer terug naar het dorpje Einruhr. Dit stuk blijkt helaas wat minder spectaculair te zijn, omdat het voor het grootste gedeelte een uit teerweg bestaat, met een slecht uitzicht over het meer. Al met al was het eerste stuk van de route (van Einruhr tot aan de stuwdam) het mooiste en het meest interessant.
- Totaal gewandelde afstand: 16,6 kilometer
- Totale wandeltijd inclusief pauze: 4:15 uur
- Meters stijgen: 501 meter
- Meters dalen: 493 meter
Heimbach
Na afloop van de wandeling ben ik eerst wat boodschappen wezen halen, waarna ik naar een camping op zoek ging. Ik had er twee op het oog in de directe omgeving van het plaatsje Heimbach, dat direct aan de rivier de Ruhr ligt. De eerste camping waar ik was vond ik helemaal niks, afgaand op wat ik er van zag; dus besloot ik de tweede op te zoeken. Die lag aan de andere kant van het stadje, maar toch was ik er binnen tien minuten.
De camping, de Heimbacher campingplatz, bestaat voor een groot gedeelte uit permanente caravans met hun bewoners, maar als je dit gedeelte doorkruist hebt dan kom je op het toeristengedeelte. Dit was verder eigenlijk een prima stuk, er was namelijk een erg groot grasveld waar je zelf je plekje mocht uitkiezen. Uiteraard koos ik een plekje vlakbij de rivier en zo ver mogelijk van alle sleurhutten vandaan 😉
Na de tent opgezet te hebben en gegeten te hebben besloot ik nog even richting het stadje te gaan om hier te proberen wat mooie foto’s te maken rond zonsondergang.
Op internet had ik van te voren al wat onderzoek gedaan, en uitgevonden dat er in het stadje onder andere een mooi kasteel op een hoge heuvel ligt, met uitzicht op de rivier. Daarom besloot ik deze op te gaan zoeken, en hier een paar mooie platen van te proberen schieten.
Uiteindelijk had ik het licht en de lucht mee, zodat ik een paar mooie platen van het kasteel kon maken. Achteraf gezien heb ik misschien erg veel foto’s die er redelijk hetzelfde uitzien, maar ik ben er toch blij mee.