Dag 7: Alzingen –> Metz (76km)
Na een relaxte rustdag gisteren in Alzingen voelde ik me weer helemaal uitgerust om op pad te gaan.
Aangezien de camping in Alzingen pal aan mijn route lag zat ik vanmorgen gelijk na het verlaten van de camping alweer op de goede weg. Het was hooguit 15 kilometer tot de grens met Frankrijk, en dat ging eigenlijk geruisloos. Het viel me pas op in het eerste dorpje dat ik passeerde dat daar de architectuur al best anders was dan in Luxemburg, erg leuk.
- Rodenback
- Rodenback
- Rodenback
Het ging via een paar leuke dorpjes, zoals het oude Rodenback, richting de Moezel die ik bij Malingen kon oversteken. Vanaf daar ging het een poosje over een mooi fietspad langs de rivier tot ik er op een gegeven moment weer vanaf ging, en weer mocht gaan klimmen. Dit klimmen viel me nu best zwaar, aangezien de klimmetjes weliswaar kort waren, maar wel steil en ook omdat het inmiddels erg warm was.
Ik reed nu een poosje in het dal van het riviertje de Canner, wat ik uiteindelijk zou verlaten via wederom een lange steile klim om vervolgens af te dalen in het verderop gelegen dal van de Moezel. Zo zou ik uitkomen bij de grote stad Metz, die ik graag wilde zien. Helaas ging dit uiteindelijk wel via best drukke wegen, wat niet heel fijn fietste. Helaas had ik niet echt mogelijkheden om gunstige paden uit te zoeken bij gebrek aan goed kaartenmateriaal. De kaarten in mijn fietsgids waren helaas zo goed als onbruikbaar, en Google maps stuurde me dus over die drukke wegen..
Kamperen deed ik op de Camping municipal, pal aan de Moezel en tegen het mooie centrum aan. Eigenlijk niks mis mee en op een prachtplek. Ik was ook duidelijk niet de enige fietskampeerder.
‘S-Avonds ben ik nog even het centrum in geweest om wat toffe foto’s te schieten, dit centrum is zeker een bezoek waard.
- Metz
- Metz
- Metz
- Metz
- Metz
- Metz
- Metz
- Metz
- Metz
- Metz
- Metz
- Metz
Dag 8: Metz –> Nancy (76km)
Vanmorgen om 7 uur was ik al eruit om naar de supermarkt te gaan. Dat werd echter een bakker waar ik prima ontbijt en lunch kocht.
Hierna heb ik eerst rustig ontbeten en na opgebroken te hebben ging ik weer op pad. Ik had het plan om de fietsroute naar Nancy te volgen langs de Moezel, ook wel Voie Bleu of V50 genaamd. Helaas kostte het me meer dan een half uur om op de juiste route te komen, maar uiteindelijk vond ik de markeringen en ook het eerste bordje met Nancy erop plus het aantal kilometers.
De route werd nu echter wel een redelijk simpele tocht naar Nancy: amper klimmen, merendeels autovrije paden en ook nog best veel door de schaduw. Ook de markering was over het algemeen best goed, alleen soms ontbrak er ergens een richtingaanwijzer en dan was het even lastig.
Indrukwekkend onderweg was dat je ook een oud aquaduct uit de Romeinse tijd passeerde. Erg gaaf om te zien, het torende best hoog boven het dorpje uit. Ik vond deze al indrukwekkend, en ik begreep dat dit slechts nog een restant was van het origineel.
Verder waren er niet echt veel bijzonderheden vandaag, het was redelijk straightforward langs de Moezel fietsen, of het Moezel kanaal. Vlak voor Nancy werd dit de Meurthe.
Helaas was het wel weer erg warm, en ik merkte dat ik er op een gegeven moment best last van begon te krijgen. Hierdoor lag mijn tempo niet bijster hoog, ook al had dat wel makkelijk gekund gezien de vlakke omstandigheden.
Na ingecheckt te zijn in mijn hotel ben ik nog even wat door de stad gaan slenteren, maar ik vond hem minder indrukwekkend dan Metz…
- Nancy
- Nancy
- Nancy
- Nancy
Dag 9: Nancy –> Lac de Bouzey (89km)
Ik was vandaag erg vroeg vertrokken, reeds al om kwart over acht zat ik op de fiets. Het scheelt eigenlijk best veel tijd als je geen tent hoeft te laten drogen en inpakken 🙂
In tegenstelling tot het uitrijden van Metz ging het uitrijden van Nancy best vlot. Via een vrijwel rechte lijn fietste ik naar een kanaal en hier was ik binnen de kortste keren. Tussendoor heb ik nog wel even wat foto’s gemaakt van het mooie plein Place Stanislas.
De rest van de dag was het eigenlijk een grote lange tocht langs verschillende kanalen. In tegenstelling tot gisteren wel een stuk mooier om eerlijk te zijn, en daardoor reed het ook best fijn. Vrijwel de hele dag had ik het tempo er goed in zitten. Doordat ik weer over de Voie Bleu fietste die dorpen en stadjes zoveel mogelijk vermeed kon echt lekker doorrijden.
Tussendoor wel twee keer van de route afgeweken voor wat boodschappen: in Bayon en in Galbey.
Het karakter van de route zag ik gedurende de dag wel veranderen. Daar waar ik ‘s-morgens nog vrij veel door natuurlijke landschappen fietste in een beboste omgeving, werd het naarmate ik Épinal naderde opener en kwam er steeds meer industrie voorbij. Dit waren vooral zandwinningbedrijven, en je zag duidelijk overal vele visvijvers die ontstaan zijn door dat graafwerk.
Vandaag was het overigens ook niet zo warm als gisteren had ik het idee, al zal het ook schelen dat ik een groter deel beschut onder de bomen fietste. Die schaduwen schelen zo een paar graden.
Tegen half drie arriveerde ik op de camping bij Lac de Bouzey. Hier heb ik een mooi plekje gevonden, maar voor de rest is de camping een beetje trashy…
Dag 10: Lac de Bouzey –> Cornimont (78km)
Vandaag heb ik een erg mooie, afwisselende en soms ook frustrerende fietsdag gehad.
Vanwege de voorspelde warmte was ik vandaag weer bijtijds vertrokken om nog te kunnen profiteren van de ochtendkoelte.
Het eerste stuk moest ik echter gelijk aan de bak, omdat ik na het verlaten van Bouzey een aantal heuveltjes over moest. Ze waren niet heel hoog of steil, maar de moeilijkheid zat hem vooral in het wegdek: half verhard met grote keien. En tussendoor ook nog rul zand 😉
Met een rustig tempo was er echter prima doorheen te komen, zeker terwijl ik ondertussen nog van de omgeving aan het genieten was.
Uiteindelijk kwam ik in Girancourt uit, waar ik weer aan mocht sluiten op een fietspad langs een kanaal. Wederom kon ik weer lekker doorfietsen, maar ondertussen heb ik de afgelopen 2 dagen wel genoeg kanalen en sluizen gezien 🙂
Deze keer hoefde ik echter niet zo heel lang langs het kanaal te fietsen, want uiteindelijk ging ik na sluis nummer 536 linksaf, en mocht ik gelijk gaan klimmen.
Rustig klimmend en dalen ging het tot aan Xertigny, mij ondertussen ook nog verbazend over een vliegtuig in iemand zijn tuin.
Van Xertigny zou ik volgens de gids 2 keuzes hebben: een onverhard pad door het bos, of over een redelijk drukke autoweg. Ik dacht ik volg gewoon de GPS-track, en zie wel wat het wordt. Dat werd dus de onverharde variant. Dit waren 5 zware en lastige kilometers die me heel wat zweetdruppeltjes hebben gekost. Ook dit pad was namelijk weer bezaaid met grote keien, los grint en rul zand. Daarnaast klom het ook nog continue. Ik was dus continue bezig om de juiste lijn te zien te vinden en om overeind te blijven. Genieten van de omgeving zat er daardoor helaas wat minder in, maar ach dat hoort bij het avontuur 😀
Uiteindelijk kwam ik bovenop een heuvel, en vanaf daar was het richting Remiremont vooral dalen. Dit was genieten, want het ging over best rustige weggetjes en ik ging hard naar beneden.
In Remiremont aangekomen eerst lunch gekocht bij een supermarkt, en daarna via een voie verte door het dal van de Moselotte richting Cornimont. Dit fietspad reed lekker door en was vrijwel vlak. Helaas begon ik ondertussen toch wel last te krijgen van de warmte, en mijn tempo kakte een beetje in.
In Cornimont aangekomen hoefde ik niet lang te zoeken naar camping Le Tetes. Helaas was daar niemand aanwezig, en na bellen bleek dat er pas om 16 uur iemand langs zou komen en ik mocht nog niet mijn tent opzetten. Best irritant.
Ik heb serieus even zitten overwegen om verder te gaan naar de volgende camping, maar dan zou er een hoge klim bij zitten en dat zag ik niet meer zitten zo in de warmte. Daarom ging ik maar richting de supermarkt en besloot mijn tijd gewoon uit te zitten.
Na uiteindelijk ingecheckt te zijn de tent opgezet, en daarna nog even een duik genomen in het ijskoude zwembad. Hierna voelde ik me gelukkig wel een stuk minder oververhit.
‘S-avonds nog een gratis doedelzakconcert meegemaakt van een andere gast. Hij kwam speciaal vragen of ik er problemen mee had, want hij dacht dat ik Engels was 🙂
Dag 11: Cornimont –> Seppois-le-Bas (91km)
De camping in Cornimont in de Vogezen ligt best wel afgelegen buiten het dorp, en zodoende kwam het dat ik vannacht een aantal keer gewekt werd door burlende herten. Best leuk, that’s nature 🙂 Ik had gelijk een deja vu naar een camping in Duitsland vorig jaar, waar ik hetzelfde had.
Vanmorgen deed ik het redelijk rustig aan, aangezien ze aanzienlijk lagere temperaturen opgaven dan gisteren. Wel zo prettig, want vandaag zou ik definitief de Vogezen overgaan en achter me laten maar daar moet ik wel voor werken: klimmen!
Uiteindelijk na de camping bepakt en bezakt achter me gelaten te hebben moest ik al gelijk aan de bak. Via het dorpje Ventron zou ik een paar kilometer lang non-stop klimmen tot de Col d’Oderen, die op 882 meter boven zeeniveau ligt. Deze col verbindt het dal van de Moselotte met dat van de Thur.
De klim vond ik eigenlijk prima te doen, vooral omdat hij redelijk geleidelijk klimt. Hierdoor kwam ik niet eens heel erg dood boven…
Boven aangekomen uiteraard ook even een fotootje als bewijs gemaakt, en een stel Nederlandse wielrenners wilden die best maken voor me.
Nu kwam de beloning voor de lange klim, ik mocht naar beneden! Dat ging best lekker, en vooral ook heel snel. Ik geloof dat ik binnen het kwartier in het dorpje Kruth stond, in het dal. Een stuk sneller dan wat het kostte om boven te komen 🙂 Wat me vooral ook opviel was de goede kwaliteit van het asfalt. Dat was namelijk perfect!
Vanaf hier ging het tot aan Thann over een voie verte door het dal van de Thur. Het zag er vanaf het fietspad een stuk mooier uit dan vanaf de autoweg waarover ik een paar weken geleden reed onderweg naar het stuwmeer van Kruth.
Voorbij Thann met zijn mooie centrum ging het nu via een heuvelachtige route door de Sundgau richting Seppois-le-Bas, waar ik een camping had gevonden.
Het laatste stuk van de dag zat ik er helaas ook een beetje doorheen. De vele heuveltjes met korte klimmetjes bleken allemaal bij elkaar best veel energie te vreten, en zo kwam ik uiteindelijk toch best vermoeid op de camping aan…. Deze camping was verder overigens prima, en ik had een mooi plekje gevonden.
Dag 12: Seppois-le-Bas –> Bazel (50km)
Laatste etappe vandaag. Ik ga namelijk richting het Zwitserse Bazel, en ook gelijk de kortste etappe van mijn fietstocht en ook de eerste dag dat ik regen had.
Die korte afstand en die regen op de camping waren ook de reden dat ik vrij laat pas vertrok van de camping in Seppois-le-Bas, pas tegen elven. Daardoor had ik tijdens het fietsen niet bijster veel last van de regen.
Om eerlijk te zijn was het fietsen niet heel spectaculair vandaag, het ging door een beetje een gezapig heuvellandschap met gezapige dorpjes. Gelukkig hield ik het wel droog, en het fietsen ging verder best vlot.
Na uiteindelijk de Zwitserse grens te zijn gepasseerd (voor de tweede keer, want na de eerste zat ik binnen een paar kilometer alweer in Frankrijk) kwam ik al vrij snel in de buitenwijken van Bazel. Gelukkig voerde de route me door relatief rustige stukken van de stad, en daar wat het drukker was waren er duidelijke fietspaden op de weg gemarkeerd. Wat mij betreft een stuk beter dan in Frankrijk…
Na ingecheckt te hebben in het hotel ben ik gelijk richting het station gegaan om treinkaartjes te kopen. Dit kon helaas niet online, aangezien ik ook fietsreserveringen moest maken en dat kan blijkbaar niet online. Bij aankomst bij de reise-info bleken er helaas geen plekken meer beschikbaar te zijn op snelle treinen, de eerstvolgende mogelijkheid is zondag pas eind van de ochtend. Wat mij betreft niet ideaal, dus ik heb een quer-durch-land ticket gekocht om het gewoon met de regionale treinen te proberen. Dan doe ik er waarschijnlijk langer over, maar dan hoop ik alsnog eerder thuis te zijn dan met de ICE…
Dag 13: Terugreis
Vandaag was het tijd om naar huis te gaan, en dat begon al om half 7, want zo laat moest ik mijn eerste trein hebben.
Omdat er geen fietsplekken meer beschikbaar waren in de IC en ICE treinen zou ik het moeten doen met regionale treinen, en dat ging behalve de lange reistijd en vele overstappen nog best voortvarend. Van te voren had ik me vooral over het kwijtkunnen van de fiets in de trein best wat zorgen gemaakt, maar dat was eigenlijk niet nodig. In alle treinen kon ik m’n fiets plus bagage prima kwijt.
Enige minpuntje was dat ik in de trein van Mönchenglabach naar Venlo hoorde dat deze niet helemaal tot Venlo ging, maar naar Breyell. Beetje jammer, die communicatie had beter gekund.
Als vervanging was er wel een bus beschikbaar, maar ik besloot daar niet op in te gaan en gewoon naar Venlo te fietsen. Dat was immers maar 12 kilometer, en ik vond het wel prima want ik was inmiddels op het punt aanbeland dat ik wel genoeg had gezeten… Volgens mij zou dat nog sneller zijn dan met de bus ook…
Na aankomst ‘s-avonds in Dordrecht moest ik nog 15 kilometer naar huis fietsen en zo kwam een eind aan mij prachtig fietsavontuur naar Bazel 🙂
Fietsen naar Bazel 2-2
Dag | van | naar | Kilometers | Meters geklommen |
---|---|---|---|---|
Zondag | Camping Bon Accueil, Alzingen | Camping municipal de Metz, Metz | 75,7 | 556 |
Maandag | Camping municipal de Metz, Metz | Hotel campanile, Nancy | 76,0 | 295 |
Dinsdag | Hotel campanile, Nancy | Camping club Lac de Bouzey, Lac de Bouzey | 89,5 | 388 |
Woensdag | Camping club Lac de Bouzey, Lac de Bouzey | Camping des Têtes, Cornimont | 75,6 | 786 |
Donderdag | Camping des Têtes, Cornimont | Camping Les Lupins, Seppois-les-Bas | 87,1 | 1010 |
Vrijdag | Camping Les Lupins, Seppois-les-Bas | Hotel Alfa, Bazel | 50,4 | 379 |
Zaterdag | Bazel | Thuis (3 korte stukjes) | 27,5 | 149 |