Na alweer een paar weken met de racefiets alleen maar vanuit huis te zijn gaan fietsen, begon het weer te kriebelen om een paar dagen in een andere omgeving te gaan fietsen. En als het enigszins kan, ook gelijk met wat klimwerk…
Daarom hing ik afgelopen vrijdag na het werk mijn racefiets achterop de auto, gooide een tas met kleding in de kofferbak en ging richtin zuiden, waar ik in het Belgische Schophem een B&B had gereserveerd.
Na ruim 2,5 uur in de auto kwam ik precies in de flinke plensbui aan in Schophem, en daardoor viel mijn plan om gelijk te gaan fietsen een beetje in het water. Daarom eerst maar naar de Intermarche voor wat boodschappen. Dan kon ik daarna wel zien of het nog droog zou worden en ik nog zou gaan fietsen.
Rit 1: rondje Voeren en Zuid-Limburg
Het werd gelukkig toch weer droog, en ik zag kans om tussen de buien door toch nog een klein uurtje te fietsen, een rondje van 25 kilometer met ruim 300 meters klimmen. Dit rondje ging vanaf mijn B&B richting ‘s-Gravenvoeren waarna ik rechtsaf sloeg richting de Schophemerheide. Hier moest ik gelijk al aan de bak, want ik ging via een klim van 90 meter weer richting de Nederlandse grens.
Na deze klim ging het via Noorbeek en Banholt richting Sint-Geertruid via een klim over de Bergenhuizenweg, waarna ik via een ruime boog weer België inreed rihting Moelingen en Berneau, waarna ik weer in ‘s-Gravenvoeren uitkwam.
Al met al een korte maar fijne eerste kennismaking met deze regio op de fiets, al gingen de 2 klimmetjes zeker niet makkelijk. Jammer dat ik geen tijd had voor een langere rit, maar het werd al snel donker en ik heb geen goede verlichting op de fiets (lees: geen voorlicht).
Max elevation: 210 m
Total climbing: 365 m
Rit 2: Door het Pays de Herve naar de Vesder
Het Land van Herve is een geografische streek in de Belgische provincie Luik (bron: Wikipedia). Globaal gezien wordt deze regio begrenst door Nederlands Limburg in het Noorden, Duitsland in het Oosten, de Maas in het Westen en in het Zuiden door de rivier de Vesder; een zijrivier van de Maas.
Aangezien mijn uitvalsbasis in het uiterste noorden van het land van Herve ligt, in de Voerstreek, leek me het wel een leuk idee om wat meer van de regio te zien door hem van Noord naar Zuid te doorkruisen, tot aan de grens.
Na enig zoeken vond ik op het grote Interwebz een route die er veelbelovend uitzag: totaal ruim 120 kilometer, en hij kwam zowel op de heen als de terugweg langs mijn uitvalsbasis in Schophem. Bovendien kon ik hem nog met 30 kilometer inkorten door het stuk in Nederland te skippen.
Dat klonk dus als een plan, en na eerst goed ontbeten te hebben stapte ik om exact 10 uur op de fiets en sloeg rechtsaf richting St-Martens-Voeren.
Helaas was het nog best fris, en nog binnen een kilometer had ik mijn regenjas aangetrokken tegen de wind; die voor de meeste kou zorgde. Uiteindelijk zou ik deze pas ruim na het middaguur weer uitdoen.
Via een heel scala aan kleine kruip-door-sluip-door-weggetjes, de ene met wat meer koeienspetterpoep dan de ander, ging het via onder andere de plaatsjes Aubel en Herve richting Nessonvaux, waar ik de Vesder voor het eerst tegenkwam. Hierna ging het via een aantal steile klimmen en de plaatsjes Banneux en Fraipont richtin Trooz, waar ik de Vesder wederom overstak en weer definitief noordwaarts ging.
De klimmetjes rondom het dal van de Vesder waren de zwaarste klimmetjes van de dag, die verder bezaaid was met klimmne. Het hoogteprofiel ziet er uit als een kartelmes!
De route terug Noordwaarts ging onder andere via Soumagne, Bolland richting Neufchateau; waar ik andere langs een heuse tank kwam. Uiteraard moest ik hier wel even mee op de foto!
Na ‘de tank’ was het niet zo ver meer voor ik weer op min of meer bekend terrein kwam: Weerst (daar staat de Intermarche) en ‘s-Gravenvoeren. Het duurde dan niet lang voor ik weer terug was bij de B&B. Zoals je misschien begrijpt, had ik dus inderdaad de Nederlandse lus geskipt. Hier had ik niet heel veel zin meer in: niet genoeg eten, en ook onderhand wat last van de nek.
Nu ik ’s avonds dit verslag zit te schrijven kijk ik wel weer terug op een prachtige fietsdag, ook al was hij op sommige momenten best zwaar. Vooral de klimmetjes rondom het dal van de VEsder waren voor het mooie Too Much; met percentages van ruim boven de 10%.
De klimmetjes uit de app MyCols die ik na vandaag kan afstrepen:
- Zwaeneberg Magis
- Cote de Trasenster
- Sur Steppes
- Cote de Foret
- Thier Fouarge
- Cote du Fort d’Aubin
Van deze klimmetjes was Sur Steppes verreweg het ergst. Eerder vanavond las ik op internet dat dit 1 van de favoriete klimmetjes van Tom Dumoulin in de Ardennen schijnt te zijn. Nou, leuk voor hem! Ik vond hem KUT! 😛 Maar ja ik krijg er ook niet voor betaald om hem op te fietsen, dus snap wel dat hij dat zegt 🙂
Max elevation: 307 m
Total climbing: 1910 m
Rit 3: Rondje drielandenpunt door de Voerstreek en Zuid-Limburg
Na de dag van gisteren had ik eigenlijk verwacht dat ik vandaag wat moeite zou hebben met bewegen in verband met allerhande spierpijntjes, maar dat viel ‘s-morgens reuze mee. Daarom toch weer een lange route gekozen om te gaan fietsen…
Vandaag is ook mijn laatste dag hier in Belgie, dus ik moest mijn accomodatie ‘s-morgens al verlaten. Gelukkig mocht ik de auto laten staan, en ik kon mij na het fietsen ook nog gewoon omkleden, erg fijn dat dat mocht!
In een mooi ochtendzonnetje ging de route vandaag via Sint-Martens-Voeren oostwaarts, waarna het langzaamaan weer klimmend omhoog ging richting Sippenaeken. Hier had ik een mooi uitzicht op een kasteel, waarna het snel verder ging. Ik ging hier kort de grens met Nederland over, tot aan Gemmenich; waarna ik weer door Belgie fietste tot ik bovenop de Vaalserberg stond bij het drielandenpunt. Hier ben ik al een paar keer geweest de laatste jaren, zowel te fiets als te voet, dus ik bleef niet al te lang hangen.
Na het doorkruisen van Vaals (niet heel interessant) ging het kort even Duitsland in, via het dorpje Orsbach. Hierna ging het nog een poosje noordwaarts, tot het gehucht Windhagen, waarna ik weer in Zuid-Westelijke richting fietste.
Helaas vond ik het overgrote deel van het fietsen in Zuid-Limburg niet heel fijn fietsen: te druk, en ook had ik enigszins last van mijn nek en schouders… dat hielp ook niet echt mee helaas.
Wat wel opviel was dat nadat ik wederom de grens met Belgie was overgestoken en ik weer in de Voerstreek reed, dat het gelijk een stuk rustiger was. Best apart…
Vlak na oversteken van de grens nog een lekkere bak ijs gescoord bij een boerderij, waarna de laatste 10 kilometer redelijk probleemloos gingen.
Achteraf gezien was vandaag wederom een mooie fietsdag, met als hoogtepunten de stukken in Belgie en Duitsland, maar ik moet eerlijk bekennen dat de tocht van gisteren een stuk leuker was om te fietsen.
Ook vandaag trouwens weer een ‘kartelmes-hoogteprofiel’. In totaal 13 klimmetjes gedaan vandaag, die gezamenlijk voor ruim 1600 hoogtemeters zorgden:
- Cote de Veurs Magnebos
- Obsinnich kasteelstraat
- Camerig Vijlenerbos
- Rugweg
- Schuttebergseweg
- Pas van Wolfhaag
- Cote de trois frontieres
- Oude Akerweg
- Orsbach Lemierser berg
- Korenweg
- Vrouwendelweg
- Luberg Schweiberg
- Plnackerweg
Max elevation: 327 m
Total climbing: 1690 m