Het was weer tijd om een langere tocht te maken. Inspiratie voor een hele lange tocht, zoals vorig jaar door Engeland + Spanje + Frankrijk, had ik niet echt. In plaats daarvan besloot ik naar Berlijn te fietsen, en het daarbij te houden.
In rechte lijn is Berlijn +- 700 kilometer vanaf Alblasserdam met de auto, en doe je er ongeveer 8 uur over; afhankelijk van de verkeersdrukte. Ga je met de trein, zoals ik in 2019 deed, dan kost het je ook iets in die richting qua tijd.
Aangezien ik nu echter met de fiets ga, ga ik er natuurlijk wat langer over doen; en ik fiets ook minder in een rechte lijn. De verwachting is dat ik tegen de 1000 kilometer uit ga komen, en hier een kleine 10 tot 14 dagen voor nodig zal hebben.
Deel 1: Oostwaarts richting de Duitse grens
Nederland-uit was het thema van de eerste drie dagen van deze fietstocht naar Berlijn. Via de Alblasserwaard, Utrechtse Heuvelrug en Veluwe ging het richting de IJssel, die ik bij Zutphen overstak.
De eerste dag op de Utrechtse Heuvelrug begon al goed met een regenbui, en een dikke vette koe die besloot dat het fietspad de beste plek was om te gaan schuilen voor deze regen. Omdat er een kalf bij de koe stond, vond ik het wel handig om met een flinke boog eromheen te gaan. Helaas betekende dit wel bush-whacken door de brandnetels; dus ik was maar wat blij met mijn lange broek 🙂
De kilometers naar de IJssel waren vooral op de Veluwe erg mooi fietsen. Ik zat me ook nog af te vragen of de wolven hier net zo gefascineerd zijn door fietsers als hun gedomesticeerde familieleden: de kuthond. Ik kwam er echter niet achter, want ik heb geen enkele wolf gezien. Kuthonden wel, meer dan genoeg. Blijkbaar blijft het moeilijk voor mensen om die beesten onder controle te houden 🙁
Na de IJssel te zijn overgestoken ging het via een erg afwisselende fietsroute door de Achterhoek en een strookje van de grensstreek tussen Twente en Duitsland richting Bad Bentheim; waar ik in de uitlopers van het Teutoburger Wald terecht kwam.
Deel 2: Door de heuvels en laaggebergten richting de Elbe
Bij Bad Bentheim kreeg ik de eerste wat serieuzere klimmetjes voor de kiezen. Middels een korte maar wel erg krachtige klim ging het naar het dorpje Gildehaus, een buurdorp van Bad Bentheim. Hier merkte ik duidelijk dat het alweer even geleden was dat ik serieus bergop had gefietst met bagage, want om eerlijk te zijn: het ging niet makkelijk. Uiteindelijk ging het ook weer niet zo moeizaam dat ik moest gaan lopen, dus dat scheelde.
Eenmaal bovengekomen had ik gelijk zicht op een flinke stapel hout voor een paasvuur. Niet heel onverwacht, gezien het paasweekend.
Het gaat nu verder door het Teutoburger Wald, waarbij ik redelijk wat hoogtemeters krijg te verteren. Geen hele lange of steile klimmen, maar wel best af en toe best pittig doordat het voornamelijk over onverharde bospaden gaat.
Ik fiets over deels bekende paden en door bekende steden, omdat ik in deze regio ook al fietste tijdens mijn eerste lange fietstocht ooit, in 2020. Net zoals toen kom ik nu ook weer langs steden als Hameln, Lemgo, Braunschweig en Helmstedt. Mede daardoor toch wat minder geslaagd dan gehoopt.
Ik werd onderweg ook nog verblijd met diverse badplaatsen. Niet dat ik plotseling bij zee fietste, maar wel dat ik langs verschillende kuuroorden kwam; en in Duitsland betekent dat ze hier er als de kippen bij zijn om ‘Bad’ aan de plaatsnaam toe te voegen. In 1 van deze badplaatsen kwam ik nog een erg interessant bouwwerk tegen, een hoge lange muur waar continue water over liep. Blijkbaar wordt dit gebruikt om zout te winnen.
Niet al te lang voordat ik bij de rivier de Elbe kwam, passeerde ik nog een grote zoutkalimijn, waar mijn route pal langs reed. De kali-afvalbergen had ik al een van een afstandje gezien, maar nu ik er vlak onderdoor fietste viel pas op hoe indrukwekkend hoog ze in de loop d’r tijd zijn geworden.
Helaas liep ik hier ook tegen het probleem aan dat een voor mij essentiele brug over een spoor spoorloos verdwenen leek, waardoor ik niet over kon steken. Enige andere optie was 5 kilometer terug, en nog eens 5 kilometer omfietsen. Jammer genoeg moest ik hierbij ook over een redelijk drukke B-weg, waar de Duitsers zoals gebruikelijk de vaart er flink in hadden zitten. Gelukkig heb ik dit overleefd, en zo kwam ik uiteindelijk in Rogatz bij het veer over de Elbe aan…
Deel 3: vanaf de Elbe naar Berlijn
Nadat ik bij Rogatz de Elbe ben overgestoken, moet ik vanwege werkzaamheden wederom mijn bedachte route verlaten om bij de camping te komen die ik op het oog had. Gelukkig is de door mijn Garmin bedachte omleiding prima te doen, en zo kom ik uiteindelijk aan op de camping die mooi in het bos is gelegen.
In 2 fietsdagen rijd ik nu richting Berlijn, waarbij de eerste tot aan de stad Brandenburg an der Havel nog best leuk fietsen is. Veel bossen, en ook lekker rustig. Ook langs de Elbe fiets ik nog een stuk, maar dat is eigenlijk een beetje saai.
In Brandenburg kampeer ik bij een watersportvereniging, waar je als fietser ook je tentje mag neerzetten. Erg fijne plek, want er was ook een volledig uitgeruste keuken waar ik terecht kon voor eten klaar maken.
De fietsdag na Brandenburg bestond eigenlijk uit 2 gezichten: eerst het werkelijk schitterende stuk langs de rivier de Havel, wat ongeveer een kilometer of 40 zo doorging. Hierna kwam ik echter in de buitenwijken van Berlijn terecht, waar ik grotendeels via parken richting Mitte fietste. Dit was wat minder leuk fietsen, omdat het allemaal vooral erg druk was met wandelaars en fietsers; wat het tempo er gigantisch uit haalde.
En zo had ik na bijna 1000 kilometer gefietst te hebben in 11 dagen de Duitse hoofdstad Berlijn bereikt. Het fietsen ernaartoe was eigenlijk vooral een beetje ‘gezapig’ te noemen. Niet de zwaarste, niet de spectaculairste, niet de makkelijkste maar ook niet de saaiste. Het weer was over het algemeen wel goed te noemen: op de eerste dag na heb ik niet meer in de regen hoeven te fietsen.
Tot slot
Tijdens deze fietsreis naar Berlijn heb ik bijna 980 kilometer weggetrapt, waar ik 12 dagen over gedaan heb. De route die ik tot aan Bad Bentheim fietste heb ik zelf gemaakt via de website Brouter.de, waarbij ik vooral het fietsknooppunten-netwerk gevolgd heb. Vanaf Bad Bentheim ben ik de fietsroute uit het boekje Fietsen naar Berlijn gaan volgen; ik dacht: lekker makkelijk, hoef ik zelf geen route te verzinnen.
De aard en kwaliteit van de wegen is erg divers. Ik kan in ieder geval wel stellen dat deze tocht bovenaan staat wat betreft de hoeveelheid onverharde paden die ik gevolgd heb. Dit varieerde van goed aangestampt gravel dat fijner fietst dan tegels, tot bospaden met vuistgrote keien of zeer mul zand. Ook zeer slecht asfalt door achterstallig onderhoud en kasseienstroken uit 1827 ontbraken niet.
Als je vooral gaat fietsen voor de rust, dan kan je deze fietsroute beter overslaan. Vooral het westelijke gedeelte vond ik best druk. Niet heel gek ook, want de route voert langs een flink aantal steden met 100.000 of meer inwoners. Pas ten oosten van Helmstedt, na het passeren van de voormalige grens met Oost-Duitsland, kreeg ik de indruk dat het allemaal wat rustiger werd; wat ook weer ophield naarmate ik dichter in de buurt van Brandenburg en Berlijn kwam 😉
De reis naar huis deed ik met de intercity die dagelijks meerdere keren tussen Berlijn en Amsterdam pendelt. Deze reis ging redelijk vloeiend. Ik had pas bij aankomst in Berlijn de tickets + fietsreservering geboekt, voor 2 dagen later. Er was nog meer dan genoeg plek.
Dag | Van | Naar | Overnachten | Kilometer |
---|---|---|---|---|
Donderdag | Alblasserdam | Heelsum | Hotel | 103 |
Vrijdag | Heelsum | Haarlo | Camping | 96 |
Zaterdag | Haarlo | Wettringen | Camping | 85 |
Zondag | Wettringen | Bad Rothenfelde | Camping | 85 |
Maandag | Bad Rothenfelde | Detmold | Hotel | 82 |
Dinsdag | Detmold | Hameln | Camping | 79 |
Woensdag | Hameln | Itzum | Hotel | 64 |
Donderdag | Itzum | Rabke | Camping | 78 |
Vrijdag | Rabke | Parchau | Camping | 112 |
Zaterdag | Parchau | Brandenburg an der Havel | Camping | 81 |
Zondag | Brandenburg an der Havel | Berlijn | Hotel | 99 |
Maandag | Hotel | 0 | ||
Dinsdag | Berlijn | Alblasserdam | 15 |